RSJ: Bepaalde zwangere vrouwen moeten meer hulp krijgen

De Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming bepleit meer (gedwongen) hulp aan bepaalde zwangere vrouwen in de eerste fase van hun zwangerschap. Het gaat hier om vrouwen die zich risicovol gedragen tijdens hun zwangerschap of om vrouwen die in risicovolle omstandigheden verkeren.
In de praktijk blijkt deze hulp pas in een later stadium op gang te komen. De Raad adviseert de onder toezichtstelling (OTS) van een nog niet geboren kind expliciet in de wet op te nemen. Ook wil de RSJ dat hulpverleners die betrokken zijn bij de OTS van het nog niet geboren kind meer bevoegdheden krijgen. Dit schrijft de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming op de website
Uit onderzoek is bekend dat de omstandigheden en de leefwijze van de moeder tijdens de zwangerschap van invloed zijn op de ontwikkeling van het niet geboren kind. Verreweg de meeste aanstaande ouders doen alles wat ze kunnen om de zwangerschap goed te laten verlopen en een gezond kind ter wereld te brengen.
De prenatale zorg bevat o.a. voorlichting over een gezonde leefstijl en het gebruik van screeningsinstrumenten om risicovol ouderschap vroegtijdig te signaleren. De RSJ vindt dat de overheid verantwoordelijk is voor de organisatie van goede prenatale zorg, in het belang van het kind. Door goede prenatale zorg wordt risicovol ouderschap beperkt.
Prenatale zorg is weliswaar beschikbaar en toegankelijk, maar kan worden verbeterd. Daarom beveelt de RSJ aan om het gebruik van screeningsinstrumenten te stimuleren en programma’s die helpen om te stoppen met drinken en roken nadrukkelijker onder de aandacht te brengen.
Risicovol gedrag tijdens de zwangerschap
Soms is het gedrag van de zwangere vrouw schadelijk voor het niet geboren kind. Oorzaken hiervoor variëren van onwetendheid en onbegrip tot psychische problematiek, verslaving en huiselijk geweld. Onder dit soort omstandigheden kan het nodig zijn dat ouders gedwongen worden om risico’s voor hun nog niet geboren kind te verkleinen. De kinderbeschermingsmaatregel die hierbij nu veelal wordt toegepast is de OTS[1]. Maar deze maatregel is niet primair in het leven geroepen om het nog niet geboren kind te beschermen en is daar ook niet goed op toegesneden.
Daarom stelt de Raad voor om de OTS van het nog niet geboren kind apart en overzichtelijk in de wet vast te leggen. Ook wil de RSJ dat hulpverleners die betrokken zijn bij de OTS van het nog niet geboren kind meer bevoegdheden krijgen.
[1] In 2014 is voor ongeveer 270 nog niet geboren kinderen een OTS aangevraagd.